Lambertus Zijl
Welke helden uit de geschiedenis eren we vandaag de dag? Het is een vraag die centraal staat in de maatschappelijke discussie over monumenten.
In de gevel van De Beurs van Berlage is een portret opgenomen van Jan Pieterszoon Coen. De gouverneur-generaal van de VOC werd bekend om het stichten van handelspost Batavia en het binnenhalen van het lucratieve handelsmonopolie op nootmuskaat. Dat deed hij echter op nietsontziende en bloederige wijze: hij moordde de bevolking op het eiland Banda uit om het handelsmonopolie op nootmuskaat en kruidnagel te verkrijgen.
Geschiedenis verandert. De huidige context waarin je leeft, bepaalt namelijk hoe je naar de geschiedenis kijkt. Wrede figuren, zoals Coen, waren ooit nationale helden. Maar de geschiedenis had nauwelijks oog voor de slachtoffers. Het opinieblad Vrij Nederland stelde: "Een regime vereert misdadigers, een democratie herinnert de slachtoffers". Slachtoffers van oorlogsmisdadigers uit de hele geschiedenis krijgen steeds meer de plek die hun toebehoort. Maar hoe moeten we omgaan met de verering van deze schurken in de publieke ruimte?
Moet een beeld zoals dit van haar sokkel worden gehaald? Als het gedeelde domein in de stad een veilige en inclusieve haven wil zijn voor al haar gebruikers, is dit gesprek belangrijk om te voeren. De Beurs van Berlage en haar beeldhouwwerken aan de gevel hebben historische waarde. De één vindt dat de geschiedenis op deze manier zichtbaar blijft, de ander vindt de confrontatie met die geschiedenis te pijnlijk.